about me

Mijn foto
Amsterdam, Netherlands
From the Netherlands, I work for both Dutch and English-language media. I research documentaries, television programs and other media productions; write scripts and articles; and work as a producer. This PORTFOLIO shows a selection of my reports, stories and documentaries. Socially engaged, with a focus on underreported topics such as migration, sexuality and identity. Ranging from investigative journalism to breaking news. And everything in between.

maandag 7 april 2014

'Ik ben heel goed in brood bakken'

Bas (26 jaar) werkt tweeënhalve dag per week bij de biologische bakkerij van Iambe in Amsterdam. Ook werkt hij twee dagen per week in de bakkerswinkel om zijn eigen baksels te verkopen. Bas geeft de Okee krant een rondleiding door de bakkerij.

Lolletje
Het is druk in de bakkerij. Iemand legt amandelen op gevulde koeken. En iemand anders maakt bolletjes van krentendeeg. Bas werkt hier al bijna acht jaar. En met veel plezier: 'Het is gewoon erg leuk om hier te werken. Dat komt door het werk zelf. Maar ook doordat er regelmatig tijd is voor een lolletje.' Dat klopt, er wordt veel gelachen in de bakkerij, maar ook serieus gebakken.

Brood
Het allerleukst om te bakken is brood, vindt Bas. 'Daar ben ik heel goed in. Niet iedereen kan het. Het is heel intensief werk. Je moet het deeg echt plat slaan. En daar moet je sterk voor zijn.' Het lekkerste brood is zuurdesem, zegt Bas. En van de zoete dingen? De koekjes. 'We maken ook spritsen, die zijn heerlijk, net als onze croissantjes.'

In de winkel
Bas werkt ook twee dagen per week in de bakkerswinkel. Een prima afwisseling met het zware werk in de bakkerij. 'Het leukst om te doen in de winkel is de kassa. Het uitrekenen van dingen. En de klanten! Met hen maak ik graag een praatje.'

Snoepen
Is het erg verleidelijk om veel te snoepen als je in een bakkerij werkt? 'Dat is misschien wel zo', zegt Bas, 'maar echt verstandig is het niet. Als je het snoepen niet kunt laten, moet je hier eigenlijk niet werken. Want het is ongezond, en je wordt er ook nog dik van.'

Slagroomtaart
Er wordt dus niet veel stiekem gesnoept in de bakkerij. Maar er is een uitzondering: dat is als er iemand jarig is. Dan bakken de bakkers een mooie slagroomtaart. De aller-, aller-lekkerste volgens Bas. 'De slagroomtaart wordt alleen voor verjaardagen gemaakt. We verkopen ze dus niet. Want om een slagroomtaart te verkopen heb je andere vergunningen nodig.'

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Antroposofie
Bakkerij Iambe hoort bij een antroposofische stichting. Antroposofie is een speciale manier van denken. Het bestaat al meer dan honderd jaar. Het is bedacht door de Oostenrijkse filosoof Rudolf Steiner. Antroposofen vinden respect voor mens en natuur heel belangrijk.

Elke dag in de bakkerij begint met een dagopening. Bas en zijn collega's staan dan in een kring. Ze zeggen samen een spreuk en steken een kaars aan. En in de bakkerij wordt alleen gewerkt met biologische producten. Want die zijn bereid met repect voor de natuur.

Gemeente
Bad wil nog heel lang blijven werken in de bakkerij en de bakkerswinkel van Iambe. Maar het is nog niet helemaal zeker of dat kan. Want vanaf 2015 bepaalt de gemeente waar mensen met een beperking mogen werken. 

Bas woont in Zaandam. Maar hij werkt in Amsterdam, dat is een andere gemeente. Het zou kunnen dat Bas straks in zijn eigen gemeente op zoek moet naar werk.

'Dat zou ik heel erg vinden', zegt Bas. 'Ik werk al jaren op deze plek en heb mijn collega's hier. Ik hoop dat ik kan blijven.'

Eerder gepubliceerd door uitgeverij Eenvoudig Communiceren


dinsdag 14 januari 2014

'Graffiti is stoere kunst'

Naam: Diede
Leeftijd: 12 jaar
Woonplaats: Amsterdam
Passie: Taggen

Wat is taggen?
‘Taggen is het snel spuiten of tekenen van je handtekening op muren in de straat. Zo’n handtekening noem je een tag. Met een tag laat ik zien dat ik ergens ben geweest. Anderen weten dan ook dat ik daar was. Ben je goed in taggen? Dan kan je throwups gaan maken. Dat is een grote tag, in kleuren. En als je dat heel goed kan, ga je pieces maken. Hele grote tekeningen die je spuit op de muur. De meeste mensen noemen tags, throwups en pieces trouwens graffiti.’

Wat is jouw tag?
‘Mijn tag is Dimmi, een soort artiestennaam. Ik heb hem twee jaar geleden bedacht. Het zijn de eerste letters van mijn voornaam en de eerste letters van mijn achternaam. Soms zet ik sterretjes op de i. Ik kan hem binnen drie seconden zetten.’

Dus in jouw buurt staat overal ‘Dimmi’ op de muren?
‘Nee, want eigenlijk mag het niet. Ik spuit hier in de buurt alleen op een muur waarop het wel mag. Ik maak wel reverse graffitis. Dat is graffiti op vieze plekken. Ik leg een sjabloon van een salamander op een stoep. Dan schrob ik binnen de lijnen de stoep schoon. Als je het sjabloon dan weghaalt zie je een figuur.’

Maak je ook pieces?
‘Ja, dat probeer ik. Ik heb nu vijf keer gespoten op die plek in de buurt waar het mag. De eerste keer heb ik piece van een baby gespoten.’

Maar die muren raken toch vol?
'Klopt. Maar dan wordt eroverheen gespoten. Als je denkt dat jij het beter kunt, mag je over de piece van een ander spuiten. Iemand heeft ook over mijn eerste pieces gespoten. En als graffiti lang op de muur staat en er vaag uit ziet, mag je er ook overheen spuiten.’

Is het een dure hobby?
'Ik koop mijn spuitbussen bij een winkel waar ze 3,50 per stuk kosten. Soms koop ik ze van mijn zakgeld, soms haal ik geld uit mijn spaarpot. Ik heb ook een keer samen met mijn beste vriend tags gemaakt voor andere mensen. Die verkochten we voor 10 cent per stuk, we hebben toen 18 euro verdiend. Daarvan hebben we nieuwe spuitbussen gekocht.'

Wat vinden andere mensen ervan?
‘Soms kijken mensen mij wel raar aan, zo van: wat doet hij nou? Maar ik vind het mooi, het is kunst met stoerheid. Mijn plan is om later ergens een heel mooie piece te zetten. Een met heel veel poppetjes en in het midden mijn tag.’

Eerder gepubliceerd door Eenvoudig Communiceren

zondag 24 maart 2013

Reverse Culture Shock

(a.k.a. "Re-entry Shock", or "own culture shock") may take place -- returning to one's home culture. It can result in difficulty in readjusting to the culture and values of the home country, now that the previously familiar has become unfamiliar.


It was my first week living back in Amsterdam after nearly six years. Early one morning I dropped my kids off at school. A guy opened his front door and tripped over a bicycle parked there by a parent in a hurry. The guy kicked the bike and shouted some swear words unsuitable for kids.

One of the biggest moments in a Dutch child’s life is getting a ‘real’ bike. My first bike was purple with training wheels. It was a gift from my grandparents, who brought it all the way from Germany. When I turned four the training wheels where taken off by my father. Apparently he thought it was time to do it on my own. I did not know how to break, so I stopped by throwing myself on the ground. I still have scarred knees.

My second bike I got it when I turned six. One condition was I had to clean it every Saturday. Wash it with soap and water, make sure all the rusty bits on the rims where gone. I did that maybe twice a year. Too late to get most of the rust off.

The last bike my parents gave me had three gears. I needed those on my daily 10-kilometer trip to school, through rain and snow. I always had headwind: on the way to school and on the way back. For some mysterious, unscientific reason the wind always turned while I was in class. 

I refused to wear rain suit. We had to bike in groups because kids cycling in the opposite direction tried to kick our schoolbags off our bike racks. Very unpopular kids - the ones wearing rain suits - biked alone.

Having a bike got a whole new meaning when I moved to Amsterdam. Most bicycles have a lock that is more expensive then the bike itself. At the age of 30 I had fifteen bikes stolen, by junkies or people who had their bikes stolen. 

Locking your bike is the art of outsmarting a thief. Another art is avoiding the tram rails embedded in slippery, cobble-stoned streets. Always drive askew if you want to avoid getting your tires stuck. One of my biggest bike fears is being hurled over the handlebars in a crowded intersection.

It almost happened with my heavy new bike. I felt it slither as the rubber lost traction on the metal rail, but managed to avoid getting stuck. 

My bike is called a ‘bakfiets’ in Dutch. It is black with a huge brown wooden box in front. It is more expensive than an ipad, seats two kids and four big bags of groceries. It has 7 gears and a 100 dollar lock. 

It’s the Mercedes Benz Janis Joplin sang about. I will respond accordingly when someone tries to steal it. Or tries to kick it.