woensdag 11 april 2007

Henry

In Amsterdam skate altijd een man in een stringpakje. Al wat ouder, maar atletisch gebouwd en jaloersmakend bruin. Bij tijd en wijle vond ik die blote billen ietwat onsmakelijk, vooral ‘s ochtends vroeg. Toeristen uit binnen- en buitenland die hem voorbij zagen snellen, stoten elkaar verbouwereerd aan, wezen lachend naar hem of keken heel verschrikt.

Hier gebeurt dat ook, maar dan gaat het over mij. Iedere keer als ik naar buiten loop, stoten mensen elkaar aan, wijzen of kijken verschrikt. Soms roepen ze “Hej, kijk een Bule”. Het maakt niet uit hoe ik eruit zie.

Tenminste, dat dacht ik altijd. Totdat ik mijn zwarte laarzen weer ging dragen. Netjes tot onder de knie, model jaren 70, met rits. Ooit gekocht bij een tweedehands winkeltje in de Pijp.

De eerste keer dat ik die laarzen hier droeg, was op kantoor. Daar zijn de meeste mensen inmiddels zo gewend aan mijn witte verschijning dat tweede blikken vaak uitblijven. Tot die ene dinsdag. Nietsvermoedend liep ik naar binnen.

Een van de mannelijke westerse collega’s (die al vijf jaar in Jakarta woont) maakte een opmerking over mijn rok, keek naar beneden, zag de laarzen en riep beschuldigend: “Oh, my God you are wearing boots!”

Het klonk alsof ik zwarte laklaarzen tot over mijn dijbenen aan had in combinatie met een veel te kort minirokje. Dat dachten alle andere collega’s ook. Iedereen kwam dus even kijken. Opmerking na opmerking moest ik verduren.

En toen dacht ik aan Henry. Zo heet de man in de string. Het schijnt dat hij een ongeluk heeft gehad en zichzelf lange tijd niet appetijtelijk genoeg vond om in z'n string te skaten. Vond, want hij is weer gesignaleerd. En terecht. Er zijn misschien niet veel overeenkomsten tussen mij en Henry, maar hij heeft zijn string en ik mijn zwarte laarzen.

Bule: Witte (Gringo, alleen dan zonder de negatieve bijbetekenis)

zaterdag 7 april 2007

Indonesische huizenjacht

Hoe vind je het perfecte huis in een land als Indonesië? Via een officieel bemiddelingsbureau. Formulier op internet ingevuld en ja hoor, dezelfde dag nog gebeld. Of de maximale prijs van $800 per maand wel klopt. “Want de prijzen van onze huizen beginnen bij $2000 per maand.” Heb tevergeefs nog geprobeerd uit te leggen dat wij een dergelijk bedrag niet kunnen ophoesten, maar dat kwam niet aan.

Dan maar zelf aan de slag. In Menteng (vergelijkbaar met Amsterdam-Zuid) bij verschillende huizen langs geweest die soms al een jaar leeg staan. Niet zo vreemd met prijzen tussen de $1500 en $4000. Toch blijken de huiseigenaren onvermurwbaar. Graag of niet, lijken zij te denken. “It has a pool, ibu”. En acht dienstverblijven. En een garage waar twee auto’s in passen. Wij hebben geen auto, laat staan twee. Wanneer wij zo’n bedrag moeten betalen, wonen we misschien heel comfortabel, maar kunnen we niet eten. De huizenmelkers snappen er niets van, maar komen geen centimeter tegemoet.

Menteng is blijkbaar te hoog gegrepen voor ons gewone stervelingen, dus gaan we naar een andere buurt. Benhil, rampgebied tijdens de overstroming in februari. In iedere wijk is wel iemand die als bemiddelingspersoon fungeert. Via de ojek of taxichauffeur wordt zo’n persoon benaderd. Betaald door de huiseigenaar is hun doel om er zoveel mogelijk geld uit te slepen. De eerste twintig huizen voldoen niet aan ons ‘eisenpakket’. Piepklein, geen ramen en soms zelfs geen keuken.

Na een lange intensieve zoektocht stuiten we op bemiddelaar ibu Wiewiek, bijnaam: Queen van Benhil. Vijf huizen heeft ze op haar repertoire staan. Een huis ziet er veelbelovend uit. Nadeel: de verhuurder, ibu Sri, wil het alleen verhuren voor twee jaar. In Indonesië huur je huizen namelijk niet per maand, maar per jaar en het totaalbedrag moet dan ook linea recta worden overgemaakt op de rekening van de huisbaas.

Ook hier valt niet te onderhandelen. Zelfs niet na een ontmoeting en uitleg. Als wij het niet nemen heeft ibu Sri trouwens nog een stelletje Koreanen achter de hand die wel staan te trappelen om haar het bedrag in een keer cash te geven. “Echt waar”. AP is uiteindelijk bereid $17500 voor te schieten. Ondertussen hangt ibu Sri iedere dag aan de telefoon, als een hongerige geldwolf.

De sleutels zijn inmiddels in ons bezit, een deel van het geld is per brommerkoerier bij ibu Sri afgeleverd. Nog een paar weken en dan wonen wij in ons kasteel. Twee jaar geen huizenjacht, nog twee jaar Indonesië…

Ibu: mevrouw
Ojek: brommertaxi